zondag, november 07, 2010

Registratie

De afgelopen maand was Puerto Lempira het tonel van een grootscheepse registratiecampagne. Met hulp van UNDP zond het Registro Nacional de Personas een mobiele brigade van zo´n 25 ambtenaren uit Tegucigalpa naar de Mosquitia, waar naar schatting zo´n 15% van de bevolking geen identiteitspapieren heeft. Echt een schatting, want je komt ze bijna dagelijks tegen: mensen die geen bankrekening kunnen openen, geen contracten kunnen tekenen, en erger nog, ´legaal´ eigenlijk niet bestaan, en niet meetellen als het om verkiezingen gaat of voorzieningen per hoofd van de bevolking. Voordeel voor de burger zonder identiteit is natuurlijk dat je geen belasting betaalt, maar daar houdt het dan ook wel mee op. Met in het achterhoofd dat in sommige gebieden gezinnen gemiddeld 7 kinderen hebben, lijkt 15% een optimistische schatting.

Daar kwamen ze dan, de hoofdstedelingen, per vliegtuig naar een voor velen onbekend gebied. Gewapend met lange broeken (tegen de muggen), op sportschoenen (ze hadden gezegd dat je goede schoenen mee moest nemen), en in geuniformeerde t-shirts en petjes met het projectlogo, is het voor iedereen hier duidelijk dat ze ´uit de stad´ komen en een missie hebben. Behalve een passende outfit kwamen ook computers en registratieboeken mee, en een heleboel enthousiasme, dat moet gezegd worden. Kwamen ze in eerste instantie voor twee weken, al snel bleek dat veel te weinig tijd om ook alle ongeregistreerden te registreren. De projectcoordinator bleek flexibel en regelde een financiering voor nog twee weken, en zo werd de invasie een geintegreerd geheel in Puerto Lempira.

Een deel van de brigade deed rondes in omliggende dorpen, en een deel bleef stationair in Puerto Lempira. Dagenlang, inclusief de weekenden, registreerden ze lange rijen misquitos, die ontdekten dat er ook registratieprocedures zijn die wel werken, en dat je daar geen ´smeergeld´ voor hoeft te betalen (zoals bij het lokale registratiekantoor nogal eens gebeurt). Het invullen van formulieren, nemen van vingerafdrukken en identiteitsfoto´s is nog niet zo gemakkelijk voor een deels analfabete bevolking, voor wie het Spaans bovendien nogal eens een obstakel vormt. De coordinator vroeg of hij een aantal culturele vrijwilligers kon ´lenen´ om te helpen als tolk, schrijver of fotograaf. Ik stond versteld van de respons van de jongeren: een maand lang toonden ze zich solidair, en velen besteedden heel wat vrije uurtjes aan het helpen van hun medeburgers bij de registratieprocedures. En, zo bleek, velen hadden zelf ook nog de nodige procedures te volgen.

Net als de ambtenaren, kwamen ook de vrijwilligers met enthousiaste verhalen: ´Vandaag was er een gezin met 17 kinderen, en niemand had een carnet. Ook de opa´s en oma´s niet. We hebben ook een familiefoto gemaakt´. Kinderen die in een buitenechtelijke relatie geboren worden (en dat zijn er nogal wat) hebben het soms extra lastig, zeker als ze niet binnen een jaar na geboorte zijn aangegeven, want dan heb je twee getuigen nodig, en een doopbewijs of een papier van de lagere school om je alsnog te kunnen registreren. En de vaders staan niet altijd te springen om zo´n ´dienst´ te verlenen. Maar soms ook valt het mee: ´Anja, vandaag kwam er een jongen van 18, die vader is van vijf kinderen! Van twee vrouwen, het zijn zussen, en ze kwamen gewoon met z´n allen.´ En dan zijn er ´grensgevallen´ van vlak bij de Coco rivier, die Honduras van Nicaragua scheidt: ´hij is geboren in Honduras, en woont aan deze kant van de rivier, maar gaat naar school in Nicaragua. Kan hij zich hier nu registreren?´

Na een maand hard werken hebben we met taart en Cola op gepaste wijze afscheid genomen van de brigade. Nu maar hopen dat er vanuit Tegucigalpa druk wordt uitgeoefend om het lokale registratiekantoor beter te laten functioneren. Want anders staan er binnen een paar jaar weer lange rijen.



Registratie met hulp van vrijwilligers





zaterdag, november 06, 2010

´Ze hebben geen vader´

Habitat is een internationale organisatie die huizen helpt bouwen voor de poorest of the poor. Habitat Honduras heeft sinds kort contacten in de Mosquitia, en is bezig een pilot voor te bereiden in Puerto Lempira, en op de een of andere manier ben ik in het lokale selectiecommité beland, onder de voorwaarde dat ik wel wil meehelpen, maar niet mee beslissen, want het is nogal een verantwoordelijkheid om 15 families te selecteren die in aanmerking komen voor een gratis huis…

Dacht ik Puerto Lempira aardig te kennen, de confrontatie met onze kandidaten vind ik toch aangrijpend en ergens bizar. We bezoeken de mensen thuis en brengen een aantal gegevens in kaart over de woonsituatie, of ze grond bezitten, hoe groot de familie is en in wat voor huis ze wonen.

Ons eerste bezoekje is aan doña Yolanda, een alleenstaande moeder van 9 kinderen, in de leeftijd van 10 tot 22. ´En gisteren is mijn kleindochter geboren´, vertelt ze opgetogen. Met z´n allen wonen ze in een huisje ter grootte van een fikse woonkamer, waarbinnen een soort gordijn de keuken scheidt van het slaapvertrek van allen. Als ik vraag of de vader van haar kinderen haar ook helpt, vertelt ze dat ze getrouwd is, maar haar man al jaren geleden verdwenen is naar de stad, waar hij een andere vrouw heeft. Yolanda wil scheiden, maar dat kan niet, want hij heeft geen geld om terug te komen naar de Mosquitia om dat te regelen. Lastig detail is dat het stuk grond, wat zij in vele kleine afbetalingen heeft kunnen kopen, op zijn naam staat. Een van de comitéleden werkt bij de lokale rechtbank, en we vragen of het juridisch mogelijk is het terrein op haar naam te zetten. Dat moet wel kunnen, zeker omdat Yolanda alle bonnen van de afbetalingen op haar naam goed heeft bewaard.

Doña Hermelinda woont met man en zes kinderen, twee schoonzoons en drie kleinkinderen in een al niet veel groter huis. Niemand heeft een echte baan, maar alle volwassenen proberen hun steentje bij te dragen met kleine klusjes als vrachtsjouwer, schoonmaakster of wasvrouw.

Terwijl we nog bij Hermelinda zijn, komt Doña Marta langs. ´Er gaat geen weg naar mijn huis. En er ligt veel modder nu´. Haar blote voeten onder de spetters spreken dat niet tegen. Haar verhaal is triest, maar ze vertelt het monter: ´De regering helpt niet, en de autoriteiten ook niet. Sinds mijn dochter overleden is, zorg ik voor haar kinderen. Één is er overleden, en nu zijn er nog drie waar ik voor zorg. Wijzend naar haar borst vervolgt ze: ´de jongste had ze nog aan de borst, toen ze stierf´ (later hoor ik dat ze stierf aan de gevolgen van AIDS). En nu ben ik alleen, en ik werk hard om voor mijn kleinkinderen te zorgen. Ik was kleren, en soms maak ik vis schoon om te verkopen.´ Ik vraag of de vader van haar kleinkinderen haar helpt, en even monter als eerst antwoordt ze: ´Ze hebben geen vader´. Op mijn vragende blik licht ze toe: ´Mira, kijk, mannen komen alleen maar om je zwanger te maken, meer niet. Dan verdwijnen ze weer. Ik heb geen idée waar die vaders zijn.´ Ik laat het maar na naar de vader van haar dochter te vragen. Een collega-comité-lid vraagt of ze grond bezit, en Marta zegt overtuigend dat de grond waar haar huis op staat, van haar is. Of ze daar papieren heeft. Nee, dat niet, maar ze woont er al 20 jaar en dus is de grond van haar. Nu alleen nog het bewijsmateriaal in orde maken en Habitat kan aan de slag.